Hollandaca Ders 5

Nazeggen

Dat komt voor elkaar
Ze zoeken weer ruzie
Daar heeft u gelijk in
De vakantie is achter de rug
Wie A zegt moet ook B zeggen
Hij zit op zijn geld
Hij gelooft zijn ogen niet
Zij zitten met hun handen in het haar
Je kunt geen ijzer met handen breken
Eens even op de klok kijken
Zij gaan de bloemetjes buiten zetten
Mijn zussen praten over ditjes en datjes


Korte vragen

Kun je met geld betalen? Ja
Hoe noem je de dochter van je tante? Nicht
Het is nu twee uur..over een kwartier is het….? Kwart over twee
Het is vandaag zaterdag..overmorgen is het..? maandag
Heeft een paard benen of poten? Poten
Heeft een mens twee benen of 3 benen? Twee
Is zondag een werkdag? Nee
Wat noemen we het weekend? Zaterdag en zondag
Noem een werkdag… maandag, dinsdag, woensdag, donderdag, vrijdag
Het is nu woensdag..gisteren was het…? Dinsdag
Welk seizoen is het koudst? De winter
Welk seizoen is het warmst? De Zomer
Wat doet een bakker? Brood bakken
Als iets ingewikkeld is, is het dan makkelijk of moeilijk? Moeilijk


Nazeggen

Opschieten! Tijd is geld
Wij zijn vrienden door dik en dun
Jij stond voor aap
Ik doe het voor de grap
Je hebt groot gelijk
Dat grapje loopt uit de hand
Hij houdt alles voor zich
Ik doe er wel een papiertje om
Sorry ik kan nooit op dinsdag
Er komt nog vijftien euro kosten bij
Mijn auto is in goede staat
Ik leer Nederlands voor mijn plezier

Tegenstellingen

Goed/fout
Jongen/meisje
Dochter/zoon
Rechts/Links
Voor/achter
Broer/zus
Tante/oom
Gisteren/vandaag
Ochtend/avond
Vandaag/morgen

Yorum Gönder

0 Yorumlar